Zelf rode kool kweken is niet zo moeilijk en een echte aanrader voor iedereen. Niet iedereen vind deze koolsoort even lekker, maar zelf ben ik echt verlekkerd op gestoofde rode kool met appel… Maar voor we aan de maaltijd beginnen, is er nog wel wat werk en geduld nodig om de rode kolen te kweken. Hoe je dit precies doet, leg ik je hier graag in detail uit!
De volgende onderwerpen worden hier besproken (je kan via het menu verder springen naar een specifiek onderwerp als je niet alles wil lezen):
De rode kool: leuke weetjes
Rode kool zie ik zelf echt als een groente voor bij de grootmoeder. Hoewel de meeste gerechten ‘op grootmoeders wijze’ heel erg smaken, ben ik echt dol op de rode kool zoals mijn grootmoeder deze altijd bereid heeft. En volgens mij geldt dat voor heel veel mensen: rode kool is namelijk een erg oude groente. Al in de tijd van de oude Romeinen werd rode kool rond het Middellandse Zee gebied gegeten. Zouden ze toen ook al over rode kool op grootmoeders wijze gesproken hebben? Ook nu nog komen kolen uit de familie van de rode kool (sluitkolen genoemd) nog steeds in de natuur voor rond de Middellanse Zee!

Rode kool is trouwens een vrij algemene benaming. Er zijn heel wat verschillende soorten, de ene al meer rood dan de andere. Zo heb je allerlei soorten die eerder roze zijn, of net erg donker paars. Vaak geldt als vuistregel dat soorten die later op het jaar groeien, een donkerdere kleur hebben. De smaak verschilt ook sterk tussen de verschillende soorten, de ene heeft een erg intense smaak, terwijl de andere minder uitgesproken is.
In theorie is de rode kool een tweejarige groente. Alleen wordt hij zo niet echt gekweekt. In het eerste jaar wordt de mooie, vaste kool al gevormd. In het tweede jaar gebeurt net datgene wat we zo hard willen vermijden: het doorschieten van de plant. Als dit gebeurt is de smaak meestal niet meer zoals we hem willen. De enige reden om de kool een tweede jaar te laten groeien, is om zaad te kunnen nemen van je planten om de volgende generatie rode kool te zaaien. Let wel op: als je hem laat doorschieten, kan je er dus niet meer van eten.
Hoe en wanneer rode kolen zaaien
Afhankelijk van de soort, zal je vroeger of later kunnen zaaien. Vroege rode kool kan je vanaf februari beginnen zaaien in een kas. De latere soorten, die tegen de herfst geoogst worden, zaai je best in maart.
De kolen die pas tegen de winter geoogst worden kan je nog later zaaien. In april (of zelfs eind maart) kan je deze beginnen zaaien. Deze zijn wat minder fragiel en het weer is nu ook al wat beter, waardoor je ze direct buiten kan zaaien. Dat is toch altijd iets eenvoudiger dan te moeten uitplanten!

Ik blijf het fascinerend vinden hoe je zo’n mooie kolen uit een klein zaadje kan halen. Maar hoe doe je dat nu precies? Wel, om te beginnen heb je wat zaaigrond nodig, zo geef je de rode kolen meteen een goede start. Vul enkele potjes of bakjes met zaaigrond, en plant hier vervolgens het zaadje in. Plant het zaadje zo’n centimeter diep in de aarde en maak de aarde weer dicht. Vervolgens de aarde goed vochtig maken, en de potjes op een goed plekje zetten, waar je niet vergeet om de aarde goed vochtig te houden. Een ideale temperatuur is zo rond de 16 graden, dan kiemen de zaadjes relatief snel: iets meer dan een week, en de eerste kiemen komen al boven de aarde uit!
Eens de zaailingen uitkomen, is het belangrijk om de plantjes niet te warm te zetten. Als het te warm is, zullen de zaailingen al snel groot worden zonder de nodige dikte mee te krijgen. Dat is natuurlijk niet ideaal als je er nadien een dikke kool op wil laten groeien! Probeer ze daarom eerder op een koelere plaats te houden en niet in de woonkamer bij een temperatuur van 20°C of meer. Eens de zaailingen wat groter zijn, kunnen we over naar de volgende stap: het uitplanten!
De kolen opkweken: van zaailing tot volgroeide kool
Nadat je zaadje gekiemd is, krijg je eerst de kiemblaadjes te zien aan je plantje. Deze zijn anders dan de echte blaadjes van de plant. Als je minstens twee echte blaadjes aan de plant hebt, kan je het plantje uitplanten in een grotere pot, of als het weer al goed genoeg is, meteen buiten uitplanten. Vanaf mei kunnen ze altijd buiten, maar de vroege soorten kan je zelfs al vanaf april buiten uitplanten.
Als je de plantjes uitplant op hun definitieve standplaats, probeer dan ook voor voldoende ruimte te zorgen. Rode kool wordt tamelijk groot, dus geef de planten plaats om te groeien. De precieze plantafstanden hangen wat af van de specifieke soort kool, maar het is niet ongewoon om een halve meter tot 60 centimeter tussen de planten in dezelfde rij open te laten, en nog eens evenveel ruimte tussen de verschillende rijtjes. 60cmx60cm lijkt misschien veel als plantafstand, maar wacht tot je de kolen ziet groeien, dan begrijp je het zeker en vast!

Bij het uitplanten moet je de plantjes niet super diep in de grond zetten, maar wel voldoende diep. Ik raad aan om te zorgen dat het hartje van de plantjes nog net boven de aarde uitkomt, zo hebben de plantjes voldoende steun van de aarde om mooi te groeien (het hartje van de plant is daar waar de blaadjes uit beginnen te groeien).
Rode kool staat niet graag in een te natte bodem, maar vochtig is wel belangrijk. Water geven moet vooral bij droog weer geregeld gebeuren zodat de planten goed blijven groeien. Overdrijf echter ook niet, door af en toe iets minder vocht, worden de planten gestimuleerd om worteltjes aan te maken die de grond ingaan om dieper vocht te zoeken. Bij heel veel vocht, blijven ze net aan de oppervlakte, wat niet ideaal is voor een goede wortelvorming.
Bemesten van de kolen
Bij het uitplanten is het belangrijk om te zorgen voor voldoende voedingsstoffen in de bodem. Rode kool heeft tamelijk veel voeding nodig. Probeer dus zeker voldoende compost of mest door de aarde te woelen om de plantjes een goede start te geven.
Ook tijdens het groeiseizoen is het aan te raden om af en toe een beetje meststoffen bij te geven. Een standaard meststof is meestal wel voldoende, al kan je de voorkeur geven aan meststoffen met een iets hoger kalium gehalte (voor de meer ervaren tuinier: NPK met een wat hogere K dus, vaak wordt 12/10/18 aangeraden).
Rode kolen oogsten
Ongeveer een half jaar nadat je rode kool gezaaid hebt, is deze klaar om te oogsten. Wanneer het zover is, zal je merken dat de bladeren heel sterk tegen elkaar aan beginnen te groeien en de kool zich met andere woorden sluit. De rode kool behoort namelijk niet voor niets tot de sluitkolen.
Eens dit gebeurt, wacht je best niet te lang met het oogsten. Als je te lang wacht, kan rode kool al eens doorschieten en dan is de oogst een stuk minder lekker. Probeer dus eens de kool goed en wel gevormd is, een redelijke dikte bereikt heeft en ook goed hard aanvoelt, over te gaan tot het oogsten. Dit doe je door de kool af te snijden met een mes, moeilijk is het zeker niet!

Ik heb eens gehoord dat je de rode kool kan oogsten, maar dat je de plant voor de rest gewoon kan laten staan. Er zouden soms nog nieuwe blaadjes op de stam beginnen te groeien, zodat je die ook nog kan oogsten. Nu wordt dit nooit meer een dikke tweede kool, dus als je niet geïnteresseerd bent, kan je het plantje uiteraard ook gewoon meteen uittrekken. Ik ben er zelf nog nooit in geslaagd, maar je kan het altijd eens proberen, wie weet heb je meer succes en krijg je nog enkele sappige blaadjes!
Ziektes en andere problemen bij de rode kool
Rode kool is gelukkig niet zo gevoelig voor ziektes. De meest voorkomende problemen zijn de volgende: knolvoet en rupsen (van het koolwitje).
Knolvoet bij rode kool
Een vervelende ziekte bij rode kolen is knolvoet. Knolvoet is een schimmel die algemeen voorkomt bij kolensoorten. De beste manier om knolvoet te bestrijden, is door een voldoende hoge PH-waarde van de grond te hebben. Een zure grond geeft dus sneller problemen met knolvoet. De oplossing op zure gronden is dus om wat kalk aan de bodem toe te voegen, zodat de PH verhoogt.
Daarnaast is het belangrijk om goed aan wisselteelt te doen. Zet niet elk jaar je kolen op dezelfde plaats. Voor rode kool wordt meestal aangeraden om maar eens elke drie tot vier jaar kolen te plaatsen op een bepaalde locatie in de moestuin. Door deze wisselteelt, zal je ook minder snel knolvoet aantreffen, aangezien de schimmel minder goed weet op welke vaste locatie hij moet zijn.
Belangrijk: Knolvoet blijft een lange tijd in de bodem aanwezig. Als je hier eenmaal last van hebt op een bepaalde plaats, is de kans groot dat als je opnieuw kolen zet op deze locatie, zelfs na een jaar wachten, deze toch terug aangetast worden door de schimmel! Het is dan heel belangrijk om véél geduld te hebben om lang geen kolen meer in de buurt van deze positie te telen.
Rode kool beschermen tegen de koolvlieg
De koolvlieg is een irritant beestje bij de teelt van zowat alle koolsoorten. Dit vliegje legt haar eitjes rond de wortels van de kool. Als de eitjes uitkomen, zullen de larven zich te goed doen aan de wortels van je kool. En aangezien de wortels moeten zorgen voor alle voedingsstoffen, wil dit zeggen dat de kool slechter gaat groeien en vaak zelfs sterft.

Hoe bescherm je rode kool dan tegen koolvlieg? Wel, de meest gebruikte methode is om een cirkel uit rubber rond de voet van je kool te leggen. Hierdoor kan de vlieg niet meer tot de wortels van je kool om er eitjes te leggen, en zo kan je de vlieg gemakkelijk bestrijden! Als je geen rubber hebt, kan je bijvoorbeeld ook karton gebruiken, al zal karton elk jaar vergaan, en rubber kan je wellicht je hele leven blijven gebruiken!
Rupsen van het koolwitje op je kool
Het koolwitje is een vlinder die dol is op kolen. Deze vlinder legt hier namelijk graag haar eitjes, en de rupsen eten vervolgens je hele kool kaal. Daar gaat je oogst…
Hoe kan je rode kool beschermen tegen rupsen van het koolwitje? Wel, een methode die altijd werkt is een gaas of net over je kolen spannen met heel fijne mazen, zodat de vlinder er niet meer bij kan. Dit is natuurlijk niet altijd even gemakkelijk of handig, maar wel erg effectief.
Een andere methode is om je kolen niet allemaal samen te planten. Zet je al je rode kool samen, mogelijk zelfs met al je andere koolsoorten, dan vraag je om problemen. De natuur is ook niet dom, en die heeft snel door waar heerlijk malse kool te vinden is. Zet je echter al je kolen verspreid in je tuin, tussen de andere bloemen, struiken, moestuingewassen… dan is het niet meer zo gemakkelijk om ze te vinden, en als de vlinders toch één kool te pakken krijgen, gaat tenminste niet je volledige oogst opgepeuzeld worden!
Rode kool beschermen tegen vogels
Vogels zijn helaas ook dol op kolen. En dan vooral op de jonge plantjes. Als ze pas uitkomen, of als je ze pas hebt uitgeplant, zijn de vogels er als de kippen bij (ook de niet kippen 🙂 ) om je plantjes op te eten. De beste bescherming tegen vogels is ook hier weer een net spannen (zoals je bijvoorbeeld ook bij aardbeien doet). Daarnaast helpt het uiteraard ook als je kolen niet allemaal samen staan, dus daar zou ik in elk geval op letten!